Verstrijken tijdens het strijken
Ik had nog eens een event waar ik voor mijn werk naar toe ging. Het was de gehele week zonnig en warm, dus streek ik enkele dagen op voorhand een zomerjurk. Ik wilde deze graag dragen én het stuk paste goed bij het event. De ochtend van het event was het nog zonnig, maar in de namiddag verdraaide het weer: ineens was het koud. Van dat weer waarvan ik me op de fiets afvraag waarom heb ik mijn handschoenen niet heb aan getrokken.
Het weer is belangrijk in mijn kledingkeuzes, omdat ik het niet graag te warm of te koud heb. Ik ben een introvert en kan me goed alleen bezighouden. Een event betekent anderen zien en leren kennen. Ik had er zin in, maar ik doe dit graag vanuit een comfortabel gevoel bij mezelf. Dus te warm of te koud hebben, is iets waar ik mij zeker op kan voorbereiden.
Aangezien het in de werkcontext is heb ik de regel: draag je werk. De gejaagdheid van op het laatste moment beslissen wat ik ga dragen, en dan soms dat nog strijken, probeer ik te vermijden. Eigenlijk vind ik kwalitatieve kleding, als die van mezelf, strijken een ontspannende en mijmerende bezigheid. Als ik dat holderdebolder, voordat ik ga vertrekken, moet doen dan is dat plezier weg. Ik gun mezelf het plezier van op voorhand te bedenken wat ik ga aandoen en dit dat ook met aandacht klaar te hangen.
Dit is een voorbereiding die me met mezelf verbindt. Sommige stuks maakte ik al jaren geleden. Ik probeer continu bij te leren of te ontleren dus dat verandert mijn techniek. Tijdens het strijken zie ik dus het verstrijken van de tijd en het versterken van mijn ambacht. Het is een fijn gevoel om te zien wat ik realiseerde, omdat ik me mijn gedachtengangen en bedenkingen vaak nog kan herinneren. Het is fijn op te merken dat het verstrijken van de tijd me dichter bracht bij waar ik wil zijn.
Dus ik moest of wou een andere samenstelling van kleding kiezen, die me warm én op mijn gemak zou houden tijdens het event. Ik merk, in hoe ik dat moment aanpakte, ook het verstrijken van de tijd en groei. Ik zei tegen mezelf: ‘het is wat het is.’ Mijn behoefte om me comfortabel te voelen is: ik aanvaarde en vertrouwde wat ik voelde: het ís.
Vervolgens opende ik nieuwsgierig mijn eigen kleerkast. Ja, echt met de insteek: wat zou hierin hangen wat past bij dit moment? Ik merkte dat ik niet vooraf ging plannen en puzzelen wat ik vermoedelijk heb hangen. Ik keek, in het moment, wat hangt hier? Wat past bij dit weer? Dit is te koud of hierop moet ik dan een jasje dragen, waar ik geen zin in heb. Dit is dan te warm. Ik vond een combinatie die ik nog nooit eerder maakte. Ja, als je kleding al tien jaar draagt, dan is dit een speciale gelegenheid.
Wat ik er nu vooral in zie, en met je wil delen, is het verschil tussen twee zaken: mijn voelen staat het plan en denken in de weg óf mijn denken en plannen staat in functie van mijn voelen.
Het idee dat we voor het grootste deel voelende wezens zijn, die af en toe denken, hoorde ik al vaker. Maar dit staat haaks op hoe onze samenleving georganiseerd is, dus nam ik net als de meeste van ons het idee over dat denken bovenaan staat.
Je bedenkt een idee, visie of kledingoutfit en vervolgens plan je dit. Dan geniet je van de realisatie, maar omdat we als mens eerst voelen, blokkeert dit vaak het plan. De reden dat ons gevoel eerst werkt, is omdat overleven ons geen tijd biedt om alle opties te bekijken en vergelijken. Boem, hup, snel een beslissing en actie. Waarom geven we elkaar het advies: volg je gevoel bij belangrijke beslissingen. Waarden zijn woorden die waar aanvoelen.
Ik vond het fijn om op te merken dat alle beslissingen in deze kledingkeuze gebaseerd waren op mijn gevoel. Mijn denken staat in functie van mijn gevoel. Hoe kwam ik daar? Door te voelen en het voorop te stellen. Door het verstrijken van de tijd te zien en mezelf te zien tijdens het strijken.
Suitably yours,
Annelies